Gesien

Gehoord, gezien, gelezen en gedacht

Gospel

Gospel is de naam van een tentoonstelling in Museum Catharijneconvent in Utrecht. Een tentoonstelling met en over gospelmuziek. Te zien vanaf eind september tot 10 april. Het nadeel van zo’n lange tijd is dat ik voortdurend denk dat ik alle tijd van de wereld heb om er naar toe te gaan. Totdat ik me realiseer dat het nu toch echt de laatste week is. Oorspronkelijk zou ik nu weer in Nieuw Sion zijn, bij de paasretraite. Iets waar ik me enorm op verheugde. En wat ik uiteindelijk toch maar cancelde omdat ik een fikse ischias te pakken heb waardoor ik lichtelijk strompelend door het leven ga momenteel.

Maar ieder nadeel heeft z’n voordeel, zo lukte het alsnog om naar Utrecht af te reizen en deze tentoonstelling te bezoeken. Het is leuk om van verre al de muziek te horen! Gelijk in de eerste zaal klonk het “O happy day” je al tegemoet. Een lied dat in de zeventiger jaren populair werd. Een lied dat een bijzondere betekenis heeft, zie hiernaast. Mooi om dan net in deze tijd hier naartoe te gaan. Gisteren heb ik het nog eens extra goed beluisterd.

Wat me vooral trof in de tentoonstelling was de geschiedenis van gospel. Dat het eigenlijk verboden muziek was. Muziek van slaven. Er was best veel ruimte voor de geschiedenis van slavernij te zien en te lezen. Er lag een slavenbijbel in een vitrine. Een bijbel waar het boek Exodus niet in te vinden is. Want stel je voor dat slaven zouden ontdekken dat bevrijding uit slavernij mogelijk is….

We kunnen ons wijze hoofd hierover schudden en ongenoegen uiten over zoveel “domheid”of hoe je het ook maar wilt noemen. Tegelijkertijd vraag ik me af hoeveel wijzer en beter we nu zijn. Het was in ieder geval confronterend, dit stuk van de tentoonstelling.

Er waren beelden uit de tijd van Martin Luther King, onder anderen uit de film Selma.Een boeiende en confronterende film. Er waren beelden van concerten van gospelzangeressen. Niet alleen beelden, ook geluid. Ik zag een beeldje van een zangeres, gemaakt door een Nederlandse kunstenares, Nel van Lith. Zij was bij een concert geweest van Marion Williams, in Carré. Er waren filmbeelden van deze kunstenares te zien waarin ze vertelde hoe onder de indruk zij was van deze zangeres. Zelf had ze niets met geloof. Toch ervaarde ze dit concert als bijzonder. Toen ze thuis kwam had ze “hongerige handen” en ging aan de slag om een beeld te maken. Dat beeldje was eveneens te zien. Ik was vooral geraakt door de term: hongerige handen. Zo mooi: hongerige handen!

Ik vond het een mooie en bijzondere tentoonstelling. Mooi om de muziek te horen. Mooi om de geschiedenis te lezen en horen. Mooi om verbanden te horen (er is een audiotour) tussen pop en gospel en diverse andere muziekstijlen. Ook al vond ik het wel heftig en confronterend soms. Het enorme kwaad. De superioriteitsgedachte van witte mensen. Beschamend en confronterend. Met daarbij de vraag: hoe zou ik zelf in die tijd (van slavernij) gehandeld hebben? Of zou ik denken: ik kan er toch niets aan doen? Zoals ik nu ook weleens denk: wat is mijn invloed op bijvoorbeeld onze aarde?

Genoeg stof tot nadenken. Nu eerst Pasen vieren. Per slot van rekening was het gisteren Goede Vrijdag en mochten we dit lied weer zingen:

En morgen zal het Pasen zijn! Goede paasdagen gewenst!

Matthäus in gewone kleren

Een van de favorieten van mijn krant is de Gulliver, de bijlage die op vrijdag verschijnt. De bijlage over boeken, films, muziek en nog zo meer. In de Gulliver van vrijdag stond een verhaal over een bijzondere uitvoering van de Matthäuspassion. “Dynamische Matthäus in alledaagse outfit”

Uitgevoerd door het https://luthersbachensemble.nl

Foto van Twitter geplukt. De oplettende kijker ziet mij zitten.

Een uitvoering anders dan anders. Geen strakke pakken en glitterjurken of hoge splitten in die jurken. Geen rokkostuum, geen partituren. Niets van dit alles. Orkest en koor zingen gewoon in dagelijkse kleding. Geen rij solisten voorin op stoeltjes, die zitten en af en toe opstaan om te zingen om dan weer te gaan zitten om te wachten op de volgende ronde. Er zijn twee koren van ieder tien zangers, zonder aparte solisten. Zo vertelde ons het verhaal in het Nederlands Dagblad.

Nou, dat leek ons wel wat! Maar ja, dat was vast al uitverkocht, dachten we. Maar er was nog ergens plek! “Dus” reden we gisteren naar Harderwijk om daar deze uitvoering mee te maken. Wat een bijzonder geheel! We zaten in een mooie oude kerk, die als enige nadeel slechts twee toiletten had. Niet heel fijn.

Deze uitvoering werd omschreven als “semi-scenisch”. Geen toneelstuk, wel beeldend. Koor en jongenskoor kwamen achteruit de kerk het podium op lopen, in jassen. In het begin gaat het over de zalving van de Here Jezus, tijdens die scene werd er een kan water in een schaal uitgegoten. Uiteindelijk, als verderop in het verhaal de Here Jezus weggevoerd wordt om gekruisigd te worden, neemt Hij die schaal met water, als offer mee.

Er zitten prachtige beelden in. We zien Petrus vol overtuiging tegenover Jezus staan en hij zegt: wie U ook in de steek zal laten, ik niet! En even later is er de verloochening van Petrus. Vol overtuiging gezongen. Dan klinkt het prachtige “Erbarme dich”, degene die dat zingt troost de verslagen Petrus.

Zo zijn er veel meer van dit soort scènes waardoor het geheel echt begint te leven. Meer dan het ooit voor me geleefd heeft. Zelden tot nooit was ik tot tranen toe geroerd bij een Mattheus. Meestal ervaar ik het als een mooi muziekstuk. Nu was het veel meer verhaal en evangelie. Teksten kwamen dichterbij en spraken me echt aan.

Het slotlied van de Matthäus heet: “Wir setzen uns in tränen nieder” Het is nog geen Pasen, er is verdriet en rouw. De koorleden trokken hun jas aan en zongen dit laatste lied en liepen de kerk in en zongen tussen de luisteraars. Wat zou het supermooi zijn om dat laatste koraal gezamenlijk te zingen!

 

De deugdzame huisvrouw

Midden in de nacht wakker worden met de gedachte dat je nog heel veel uitnodigingsmails moet versturen en dat dat allang klaar moet zijn. Uitnodigingen voor Rosj Hasjana. En je moet nog allerlei dingen bakken.Paniek overvalt je.

Om vervolgens te beseffen dat je gedroomd hebt. Opgelucht probeerde ik verder te slapen, wat niet goed lukte.

De avond ervoor had ik het boek “De deugdzame huisvrouw” uitgelezen. Een boek waar ik veel plezier aan beleefde en  me weer aan het denken zette. Niet meer nieuw verkrijgbaar, via een FB groep aangeschaft. Het boek is geschreven door Rachel Held Evans.

Ze beschrijft hoe zij een jaar lang volgens bijbelse voorschriften leeft. Ze kiest iedere maand een thema waar ze zich aan houdt. Ze noemt haar man heer, is hem onderdanig. Dat levert een mooi hoofdstuk op over onderdanigheid. Ze onderzoekt de diverse bijbelteksten die over het onderdanig zijn van vrouwen gaan. Om tot verrassende conclusies te komen.

De maand augustus is gewijd aan stilte. Vrouwen dienen stil te zijn in de gemeente. Of mogen wel wat zeggen zolang het maar geen onderwijs is. Om stilte verder te onderzoeken bezoekt ze een klooster en maakt het leven daar enkele dagen mee. Op grond van Spreuken 31 vers 20, waar staat: haar handen strekt ze uit naar de behoeftigen, ze geeft de armen hulp, gaat ze op zoek naar gerechtigheid. En stelt zich de vraag hoe je gerechtigheid in praktijk brengt. Ze gaat mee met een reis van World Vision naar Bolivia en schrijft daar veel over.Gerechtigheid is niet iets voor ver weg of grote daden. Begin met het kopen van fairtrade produkten, bijvoorbeeld.

Ze gaat op bezoek bij de Amish, kampeert in de voortuin tijdens haar menstruatie en staat met een spandoek bij het begin van de snelweg. Kortom, een enerverend jaar.

Het laatste hoofdstuk gaat over genade en daarin beschrijft ze de viering van Rosj Hasjana. Met een recept voor een prachtig rond brood. Een groot feest, dat mij kennelijk tot in m’n droom bezighield.
Ik heb genoten van dit boek. Geschreven met humor en zelfspot. Met tussendoor stukjes uit het dagboek van haar man Dan.

Rachel Held Evans is in 2019 overleden, toen ze 37 jaar oud was. Dit boek is geschreven in 2012. Ze schrijft in het boek ook over haar twijfels om moeder te worden. Uiteindelijk hebben zij en haar man twee kinderen gekregen. Kinderen die op zeer jonge leeftijd hun moeder moesten missen.

Tussendagen

De liturgie is klaar. Aan de powerpoint wordt gewerkt. Over de door mij te dragen kleding wordt gepuzzeld. De advertentie stond zaterdag al in de krant en de kaarten zijn gisteren bezorgd. Nog anderhalve dag om punten op de i te zetten. En dan is de begrafenis.

Waren we vorige week nog in mineur en op zoek naar een plek voor ma, deze week zijn we nog steeds in mineur en ook opgelucht dat het zware einde nu afgelopen is. Een einde dat voor ons allen zwaar was. Hoe zwaar het voor haarzelf was, was moeilijk in te schatten. “Ik ben ook al 95” was een veelgehoorde opmerking. Evenals: ik begin een beetje vergeetachtig te worden.

De veelgeroemde zelfstandig wonende oudere verschrompelde steeds meer in haar. Corona had geen goede invloed op haar leven. De angst om ziek te worden was groot. Ma kwam de deur niet meer uit, allernaaste deed de boodschappen. Iedere zaterdagochtend ging de telefoon en werd het lijstje doorgenomen. Trouw werden de boodschappen gedaan en gebracht. Ook toen het voor corona niet meer nodig was. Twee jaar thuiszitten doet een mens geen goed, bovendien ging de leeftijd ook steeds meer tellen.

Zorg was nodig en alleen wonen ging niet meer. Om de beurt logeerde een van de kinderen een week bij haar om voor haar te zorgen, vanaf de kerstdagen.  De indicatie voor een verzorgingshuis was gelukkig snel binnen. Maar toen begon de ellende die wachtlijsten heet. We belden de ene na het andere verzorgingshuis, kregen soms wat tegenstrijdige informatie, de slotconclusie was dat de wachtlijsten lang zijn. Hoe verder?

Het ging steeds minder met ma. Het einde leek in zicht te komen. Donderdagavond waren we er nog, het leek zoals voorheen. In de nacht werden we gebeld door (schoon)zus die er die week was: ma was in haar slaap overleden. Ze mag in het Vaderhuis zijn. Zonder wachtlijst en waar niet naar een indicatie gevraagd wordt. Rust voor haar.

Wij hebben nu een paar volle dagen achter de rug. Dagen met een lach en een traan. Nu nog één weg met haar te gaan en dan is het over. Geen moeder meer. En straks geen huis meer van haar. Het is goed zo. En het is dubbel.

Bemoediging

M’n nieuwste hobby is kringlopen. Sinds kort is een van de grotere kringloopwinkels in onze stad verhuisd naar een pand op fietsafstand. Ook dat is een voordeel, met de fiets kun je niet teveel tegelijk meenemen, al heb ik grote fietstassen. Maar ja, ons huis is best ruim, ontdekten ook onze kinderen, vooral onze zolder is hun favoriet. Maar zelf denk ik wel: genoeg spullen gekocht en ben ik ook wel erg blij met het weggeefhoekje in onze kerk app. En toch blijft zo’n kringloop trekken.

Onlangs ontdekte ik dit ding, ja wat is het? Schilderij? Een bordje met tekst. Een bekende tekst. Ik vond het erg mooi, lekker nostalgisch. Vandaag plaatste ik het in onze gezinsapp. Niet iedereen waardeerde de uitvoering. De tekst wel. Al stuiter ik zelf een beetje op die laatste  regel: “Dan geeft Hij kracht naar kruis”  Ik denk dat dit gebaseerd is op 1 Korintiërs 10 vers 3. Daar staat dat God trouw is en dat Hij niet zal toestaan dat je boven je krachten wordt beproefd. Ik weet nog niet zo goed wat ik met deze tekst kan en moet. Wat als je het gevoel hebt dat je niet kunt omgaan met wat er in je leven gebeurt? Heb je dan gefaald? Geloof je niet genoeg?

Ik kocht dit ding omdat ik het wel apart vond. Misschien is het inmiddels van toepassing in ons eigen leven, nu er onzekerheid is over ziekteverschijnselen in ons gezin. Wat verder onderzocht moet worden. Eerst wachten op onderzoeken en dan op uitslagen. Juist die onzekerheid is slopend. Meer kan ik er momenteel niet over zeggen. Wel merk ik dat het heftig is. Vertrouwen houden, alles in Gods hand leggen, overgeven aan Hem. Ach, ik “weet” het allemaal. Ervaren is iets anders merk ik.

Twitter ontmoeting

Zo af en toe blader ik in een van mijn laatst aangeschafte boeken. Een proefboek: korte stukjes, her en der geplukt. Citaten van Soren Kierkegaard. Een schrijver/ wijze die ik tot nu toe aan mij voorbij heb laten gaan. Te ingewikkeld.

Een paar weken geleden alweer, kwam ik deze tweet tegen:

Er ontspon zich, naar goede twittergewoonte een discussie. Die heel prettig bleef en tot de opmerking: zullen we een afspraak maken elkaar ergens te ontmoeten en dan verder te praten?

Ik had niet meegedaan, slechts belangstellend meegelezen. Toen er een ontmoetingsplek werd gezocht, had ik nog wel een tip, die niet heel praktisch bleek. Ik werd uitgenodigd om mee te doen aan deze ontmoeting.

Afgelopen woensdag was de afspraak, in Apeldoorn. Een grappige combinatie van mensen. Drie theologen (waarvan twee HBO_) en een journalist. Verschillend in leeftijd, en kerkelijke achtergrond, al lag dat niet heel ver uit elkaar.  Het onderwerp: twijfel/ beproeving in je leven en geloof.

Wat is twijfel? En is twijfel zonde, zoals wel gezegd is en wordt. Hoewel het ook een post-modern iets is, twijfel hoort, zeker weten kan niet meer. Is de gedachte.

Wat is beproeving? Leer je door beproeving iets? Kun je altijd achteraf zien wat je geleerd hebt? En komt het van God? Zie bijvoorbeeld het verhaal van de volkstelling waar David aan begint, in het ene bijbelboek staat dat God hem daartoe aanzet, in een ander bijbelboek staat dat de duivel dat deed. Is het troostend te weten of iets uit Gods hand komt? Dan weet je dat je bij Hem veilig bent, dat God je in liefde vast houdt, was de gedachte van een van ons. Dat is troost!

Best veel vragen, waar we soms wat verschillend in stonden. Met daarbij de gedachte dat we nu nog in spiegels zien, en niet niet altijd begrijpen waartoe iets leidt (of lijdt). Hoed u voor de duiders en de aanwijzers die Gods bedoelingen exact weten en communiceren.

We hadden alle vier ons eigen verhaal en eigen verdriet. Uit het leven gegrepen. Mooi om te delen, mooi om elkaar zo te ontmoeten en oprecht in gesprek te zijn. We aten een hapje en vervolgens gingen we onze eigen weg weer. De meeste lol had ik de volgende dag toen er een bijna eindeloos twitterverhaal ontstond.

Met dit boek begon ik dit verhaal. Zoals ik al zei, ik had nog nooit iets van hem gelezen. Dit is een mooi beginnersboek. Een korte levensbeschrijving, en duiding van zijn levensfilosofie en een aantal citaten (500) uit de vele boeken en brieven die Kierkegaard geschreven heeft. Hij leefde van 1813 tot 1855.

Ik heb zo hap snap wat gelezen en ben verrast door de citaten. Hier eentje die ik bijzonder vond, denkend dat een begrip als zelfliefde iets is van de laatste jaren:

“Als ik in mijn omgeving iemand tegenkom die lijdt, beschouw ik het als mijn plicht te zeggen: zorg ervoor dat je van jezelf houdt. Als je lijdt en niet veel voor anderen kunt doen, val je namelijk al snel ten prooi aan de zwaarmoedige gedachte dat je teveel bent in deze wereld”

Al met al, vond ik het een heel fijne ontmoeting en  heerlijk om zo met elkaar van gedachten te wisselen.!

 

 

Altijd maar weer dat kruis!

Gister ging ik om half zes de deur uit en ik was om half twaalf weer thuis. Ik reed zo’n 160 kilometer en dit alles voor ruim een uur muziek.

Niet zomaar muziek, het was een optreden van toch wel mijn meest favoriete artiest, Adrian Snell. Ik schreef al veel vaker over hem. Ik houd van zijn muziek en van zijn manier van optreden. Het podium opkomen en dan beginnen met het zingen van het onze Vader.  Zo mooi! Er volgde een uur intense muziek. Heftig soms ook. Pittige teksten, geënt op het nu en hier.

In een week waarin een “politicus” afgeeft op christen zijn: “altijd maar weer dat kruis, altijd weer dat lijden”, werden we hier geconfronteerd met dat kruis en lijden. We zagen gisteravond beelden van het lijdensverhaal van de Here Jezus, met daarbij beelden uit Oekraïne, afschuwelijke beelden, niet om aan te zien. Ik wilde ze niet zien, zo afschuwelijk en beangstigend. De liederen die we hoorden waren droevig.

Die droefheid paste wel in een week waarin mensen zoek waren en uiteindelijk verdronken bleken, of verdronken in zee, zoals gisteren bij een aanvaring bij Terschelling gebeurde. In ons eigen wereldje moest onze moeder door beeldbellen aards afscheid nemen van haar enig overgebleven broer. De begrafenis maakten zij en ik via internet mee. Het is fijn dat het zo kan, en verdrietig dat het zo moet. Kortom, genoeg voorbeelden van lijden. Genoeg “bewijzen” dat leven niet altijd een feest is.

Voor mij waren die zware liederen gisteravond goed, en toch was ik ook erg blij dat er wat meer licht in de muziek en teksten kwam. Gouwe ouwe nummers, die nog steeds zo mooi zijn. Liederen uit de Passion, uit Alpha en Omega. Om ten slotte aan het einde van de avond samen onderstaand lied te zingen. Een lied dat uitzicht geeft. Een lied met lof voor God.

 

Gezegend mens

Het waren bijzondere dagen, de afgelopen dagen! Afgelopen zaterdag ging ik met mijn schone dochters naar het klooster Nieuw Sion. Daar was een Sestra retraitedag. Meer dan honderd vrouwen waren naar Deventer gegaan om daar te zingen, luisteren, stil te zijn en heerlijk te eten. Voor mij was het een feestje en een zegen om daar samen naar toe te gaan! Het was een superfijne dag.

En dan gisteren. De bevestiging tot ouderling. Wie mij langer volgt weet ik dat ik veel bezig ben geweest met vrouw en ambt en daar regelmatig over geschreven heb. Toen we vorig jaar lid werden van deze gemeente had ik me ernstig voorgenomen om geen ambt te ambiëren, met de gedachte dat ik me daar te oud voor voelde.

In het voorjaar was het weer de tijd om nieuwe ambtsdragers te benoemen. Er werd onder anderen een scriba gevraagd en dat leek me wel wat. Al weet ik dat het redelijk veel werk kan zijn. Mijn vader was altijd scriba als hij ouderling was, en onze jongste zoon is een periode scriba geweest. Scriba als aparte taak, wel in de kerkenraad maar niet echt deel van, niet stemhebbend. Dat was mijn beeld en gedachte. Ik gaf aan dat ik scriba wilde worden. Dat werd in dank aanvaard. Na verloop van tijd begon het bij mij te dagen dat ik daardoor lid van de kerkenraad zou worden, met alle dingen die daarbij horen. Ik kreeg de vraag of ik het nog wel “aandurfde” om iets in de kerk te doen, na toch wel ingewikkelde gebeurtenissen in ons kerkelijke leven. Ja, ik durfde het wel aan, wetende dat ik dit niet alleen hoef te doen, God is erbij. En zo kwam het dat ik gisteren als ouderling/scriba bevestigd ben.

Het was een bijzondere dienst. Een dienst die we als nieuwe ambtsdragers in samenspraak met onze predikant voorbereid hadden. Een dienst waarin we als nieuwe ambtsdragers persoonlijk een zegen en tekst meekregen. Ik mocht de tekst: proef en geniet de goedheid van de Heer, gelukkig de mens die bij Hem schuilt (psalm 34) ontvangen. Een mooie tekst die denk ik een goede reminder is. Het steeds opnieuw mogen genieten van wat God geeft. ( = ook je geen zorgen maken en gaan piekeren)

Wij als kerkenraad zongen de gemeente toe en de gemeente zong ons toe. Wij beloofden ons in te zetten voor God en de gemeente, de gemeente beloofde geduld met ons te hebben, mochten we fouten maken, en ons te ontvangen als dienaren van God.

De dienst werd afgesloten met het lied: “Ga met God en Hij zal met je zijn”. Mooier kan toch niet?
Wil je de dienst terugkijken, dat kan hier.

Thuis hadden we nog een gezellige tijd, met zus, zwager en kinderen en kleinkinderen. Het was een fijne dag! Vanavond krijg ik de laptop van de kerk en de laatste instructies en morgenavond is de eerste kerkenraadsvergadering. Het gaat een beetje de omgekeerde wereld worden, vroeger was ik heel wat avonden alleen, omdat allernaaste in de kerkenraad zat.

“Liever een piep dan oordoppen”

Bovenstaande was de titel van een artikel in de krant, gisteren. Wacht maar tot je een piep krijgt, dan piep je wel anders, dacht ik. En denk ik nog steeds. Binnenkort moet bekeken worden hoe het met de normen voor geluid is, of die zo moeten blijven of veranderen. Het ging vooral over geluiden in de uitgaanswereld. Muziek in nachtclubs en op festivals. Het beste is dan om gehoorbescherming te dragen. (het makkelijkst lijkt mij om niet zo hard te spelen of niet zo hard te draaien)

Maar goed, liever een piep dan gehoorbescherming, het is echt belachelijk. Sprak zij die sinds maart een piep in haar oren/  hoofd heeft. Tinnitus, met een fraai woord. Het is eigenlijk geen piep in je oren, maar je hersenen laten je een geluid horen. Vaak veroorzaakt door veel teveel geluid. Nu ben ik van mijn levensdagen nog nooit in een nachtclub geweest, en het grootste festival dat ik bezocht is New Wine, waar de muziek wel redelijk hard is.

Afgelopen voorjaar was ik ergens heel erg blij om, ik had een nieuwe CD en zat alleen in de auto. Deze combinatie maakte dat ik als een overjarige puber in een lawaai auto zat, tot ik merkte: dit gaat niet goed. Maar toen was  het al te laat. Ik ging naar de huisarts, die geen bijzonderheden aan mijn oren constateerde, dus moest het wel oorsuizen zijn. En ja, daar is niets aan te doen…

Voortdurend gepiep en gesuis in mijn hoofd. Nooit meer stilte. Soms vind ik dat een angstaanjagende gedachte. Het weten dat er niets aan te doen is, is frustrerend. Na enig aandringen ben ik doorgestuurd naar een audiologisch centrum, voor ?? Geen idee hoe dat in z’n werk gaat daar, het is nog afwachten wanneer ik daar terecht kan. Ook daar is een wachtlijst.
Voor nu probeer ik er maar zo goed mogelijk mee om te gaan, met het gesuis en gesis in m’n hoofd. Zo af en toe spreek ik mezelf toe en doe ik alsof het het zachte suizen van God is. Zoals dat beschreven staat in 1 Koningen 19. Elia die moedeloos is en God mag ontmoeten. God die zich laat zien en horen in een zachte bries. (dat zijn dan de goede dagen, die gelukkig in de meerderheid zijn)

Liever een piep dan oordoppen dragen kan me behoorlijk boos maken. Wacht maar, denk ik boosaardig. Al wens ik dit niemand toe en hoop ik van harte dat er geen epidemie ontstaat. Al ben ik verrast hoeveel zeggen:  Tinnitus? Heb ik ook!

“Van God los”

Dat is de titel van de tentoonstelling die ik vorige week bezocht. Nog tot en met zondag te zien in het Cataharijneconvent in Utrecht. Bij binnenkomst klonk muziek van Bob Dylan: times, they are changing.

De tentoonstelling gaat over de ontwikkelingen binnen verschillende kerken in de zestiger jaren. Het mooie was dat de museumzalen in de sfeer van de zestiger jaren waren ingericht. Een stijl die ik me herinner, met soms de gedachte: o ja, zo’n boekenrek heb ik ook nog gehad. (had ik het maar bewaard, denk ik nu)

Eigenlijk zie je dat in de zestiger jaren de hele wereld aan het veranderen was. De televisie was in opkomst, nieuws verspreidde zich sneller dan voorheen. Er waren oorlogen, zoals in Vietnam, waar veel protesten tegen kwamen. Demonstraties, die met harde hand neergeslagen werden. Alom protesten tegen de gevestigde orde. Alsof er een geest uit een fles vloog. Kwamen mensen in opstand omdat God uit beeld raakte, of was het andersom? Ik ben geen analist, ik zou het niet weten. Iets met kip en ei. Overigens waren de protesten eveneens gericht op onrecht, de bevrijdingstheologie kwam op. Gerechtigheid op aarde. Een theologie die op den duur alleen nog over het hier en nu gaat en steeds minder gericht op de gerechtigheid tussen God en mens. Met als eindresultaat dat God totaal uit beeld raakt en de mens dus inderdaad van God los komt.

Er was heel veel informatie over de rooms-katholieke kerk. In de jaren zestig was het tweede Vaticaans concilie, waar veel veranderingen ingevoerd zijn. Met name op liturgisch gebied, zoals de mis die nu in de landstaal opgedragen mag worden. Er werden eind vijftiger jaren (nog) kerken gebouwd, daar waren foto’s van te zien. En foto’s van bijvoorbeeld het avondmaalsservies uit zo’n kerk. Voor nu verrassend actueel: coronaproof!

Ik zag foto’s en brieven van de eerste vrouwelijke predikanten binnen de Gereformeerde kerk. Ik hoorde muziek uit het Liedboek van de kerken, dat begin jaren zeventig uitkwam. Veel nieuwe liederen naast de psalmen. Het ging over het samen op weg proces, dat in de zestiger jaren voorzichtig begonnen is. Er was een foto van een man in een rolstoel die opriep tegen polio in te enten, er was net weer een polio-golf aan de gang. Er lag een kopie van de “Open brief” uit onze eigen kerken. De brief die uiteindelijk de katalysator was tot het ontstaan van de Nederlands Gereformeerde kerken. Er was kunst, of iets in die richting. Gemaakt van allerlei dingen die uit gesloopte kerken gered waren.

Er was veel te zien en te horen. Het publiek was nogal grijs. Voor mijzelf had het nogal een hoog gehalte van: o ja, zo was het. Dat was er ook nog. Televisieprogramma’s uit die tijd. De eerste naakte vrouw op tv. Wereldschokkend, destijds. Veel van dat soort dingen herinner ik me niet goed meer. Ik denk/ weet wel zeker dat we daar thuis niet naar keken, we hadden een vrij strikt kijkbeleid. Al met al een mooie tentoonstelling, mooi in beelden, ook wel confronterend: pittige jaren, die zestiger jaren.

Ik zat me af te vragen: wat is de toekomst voor de kerk? Steeds minder mensen die kerklid zijn, of alleen nog door een register aan een kerk verbonden zijn en er verder niets mee willen. En wat maakt dan dat mensen het wel prima vinden zonder kerk, zonder God?

 

Pagina 1 van 49

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén