Gisteravond werd ik door mijn baas gebeld, en kreeg de vraag voorgelegd of ik vandaag iets te doen had. Verrassende vraag, zo op de vrijdagavond. En ja, wanneer heb ik nu niets te doen? De concrete vraag was of ik vandaag gespreksleider wilde zijn bij een groepje partners of familie van klanten. Evenals vorig jaar was er dit jaar een dag georganiseerd voor mensen die leven met een naaste met NAH. Het leek er op dat er niet zoveel aanmeldingen waren, uiteindelijk bleken er meer groepen te ontstaan dan verwacht. Zo reed ik vanmorgen naar Apeldoorn. Lekker doorgassen, weinig verkeer deze keer. Ik had er zin in. Het was leuk weer collega’s te ontmoeten. In de afgelopen weken had ik er al een behoorlijk aantal gezien, op cursusdagen, en aankomende week hebben we ‘groot team’, ontmoetingstijd te over.
hier luisteren we naar de instructies voor de gespreksgroepen.
’s Ochtends waren er twee sprekers. Een revalidatie arts/ hoogleraar. Zij vertelden iets over mantelzorg, en hoe dit vol te houden. zorg vooral goed voor jezelf, was een van de tips. Het verhaal was wat technisch, vond ik. Die mening werd gedeeld door de enkele partner die ik er naar vroeg. Daarna volgde een verhaal over geheugen-problemen, een van de meest voorkomende dingen bij NAH. Dit verhaal werd gehouden door de docent die vaak cursussen voor ons verzorgt. Dat zijn van die dagen dat je om half tien begint te luisteren en mee te denken om verbaasd om vier uur te ontdekken dat het donker wordt en je weer naar huis mag gaan. Het verhaal was ook deze keer weer mooi. Wat ik altijd bijzonder van deze docent vind is dat er quasi nonchalant een heleboel kennis wordt uitgegoten, met daarbij/ daarin/ daardoor, alle aandacht voor de mens met NAH.
’s Middags was voor mij het spannendste deel: het leiden van de gespreksgroep. Wat voor mensen zouden daarin zitten? Er waren verschillende groepen: partners van/ ouders van/ vrienden van/ kind van/ kind met een mens met NAH. De groep ouders van een kind met NAH was voor mij. Per ongeluk of expres? Geen idee. We hadden bijna twee uur de tijd voor dit gesprek. Beginnen met een voorstelrondje, daarna de verwachtingen voor deze middag. Wat een verhalen werden verteld! Herkenning en erkenning van NAH blijkt nog steeds moeilijk te zijn. Onbegrip en onbekendheid waren woorden die vaak vielen. Mensen gaven elkaar tips. Ik vroeg hoe zij voor zichzelf zorgden, zoals ’s morgens te horen was. Ik kreeg de indruk dat dat nog wel wat beter zou kunnen, de zorg was voornamelijk op hun kind gericht. (wat ik me ook weer helemaal kan voorstellen)
Zij bemoedigden elkaar, al was soms toch vooral heel erg fijn alleen je eigen verhaal te vertellen. Ik zag moed, ik zag kracht, ik zag gebrokenheid, heel veel gebrokenheid, ik zag liefde, ontzaglijk veel liefde.
Mag ik alsjeblieft volgend jaar weer?