Mijn handen doen pijn, nog net geen blaren. Met moeite loop ik de trap op en af. Nu zegt dat laatste misschien iets over mijn lichamelijke conditie. Tijd voor actie.
Recent kwamen wij in actie. We verstouwden een paar honderd kilo kranten, die bewaard waren voor tijden met meer tijd, zodat ze alsnog gelezen zouden worden. Het begin van de crisis van 2008 was zo te traceren.
Die kranten zijn nu weg. Acht trappen op en af, (geen lift natuurlijk), in grote tassen naar de auto getransporteerd. Gelukkig was de papiercontainer dicht in de buurt. We vonden nog wat lege flessen, dichte enveloppen, wasgoed. En verder was het niet versmeerd, dat niet.
We waren bij iemand waar we ons zorgen over maken, niet helemaal ten onrechte, zoals bleek. Kijkt er dan niemand naar hem om?
We leven toch in een tijd van solidariteit, en participatie en nog meer mooie woorden? Gemeentes bieden ondersteuning zelfstandig leven. Tegelijk zetten we mensen in hun kracht. Een woordenpaar waar ik aardig allergisch voor ben geworden. Niet iedereen heeft kracht en niet iedereen heeft mogelijkheden. We moeten niet gaan doen alsof dat wel zo is. Deze wereld is niet maakbaar, en er blijven mensen die geen hulp voor zichzelf kunnen vragen , of die hulp kunnen organiseren.
Groot was mijn verbazing/ ergernis/ frustratie toen ik ontdekte dat er wel begeleiding is ingeschakeld. Ik las het begeleidingsplan. Enige beroepsdeformatie is me niet vreemd. Hoe doet een andere organisatie dit soort dingen? Hoe worden doelen geformuleerd? Ik was erg nieuwsgierig en ben altijd bereid van een ander iets te leren… mijn teleurstelling was groot..
Een van de manieren waarop aan een doel gewerkt moest worden was dat de cliënt zelf de hulp zou organiseren die hij nodig had om zijn huis op orde te krijgen. Tja, denk ik dan, was dat nou niet net (deel van) het probleem? Dat dat niet lukt en dat daarom de hoeveelheid kranten wat buitenproportioneel was?
Wat is nu eigenlijk eigen kracht?