Gehoord, gezien, gelezen en gedacht

Maand: augustus 2015

Rond de tafel

Rond de tafel, dat is het onderwerp van de zomerbloghop.

Als een tafel zou kunnen spreken… wat zou onze tafel dan te vertellen hebben? Die grote tafel, van twee meter lang, die perfect in onze keuken past. De tafel die ik iedere week opnieuw leegmaak, en die binnen een dag weer vol met spullen van mij en allernaaste ligt. (de meeste van mij overigens). De tafel waar we altijd aan eten, meestal samen, soms met drie en soms met twaalf. De tafel waar mijn kranten gelezen worden. Deze tafel is ook bijzonder geschikt als vergadertafel.

Zoveel plannen zijn aan deze tafel bedacht en uitgewerkt. Dromen aan elkaar verteld, om daarna die dromen te vertalen in concrete zaken. We droomden en dachten na over beleid binnen de gemeente. Plannen gemaakt en uitgewerkt.  “Onderweg naar Gods rijk” werd het motto, dat ingeluid werd met een gemeentebreed project, dat veel teweeg bracht.

Ik was blij met onze tafel, en blij dat ik mee kon en mocht denken met een groot deel van alle plannen!

Onze tafel werd opnieuw vergadertafel. Nu voor het nadenken over deze plannen. het is al weer bijna vijf jaar geleden dat we begonnen met nadenken en plannen maken. Veel van die ideeën zijn aan deze tafel bedacht of uitgewerkt. We draaien nu ruim vier jaar. Er is groei en ontwikkeling.

Wat zou mijn tafel vertellen als hij kon praten? Als (bijna) enige weet hij ook mijn vragen en twijfels. Twijfels die soms na een vergadering opkomen borrelen:  Is dit de goede weg? Is dit wat God wil? Waarom reageert Jantje zo? Waarom reageer ik zo? Wat zou de tafel vinden van al die plannen die hier gesmeed zijn? Of van de gesprekken die hier gevoerd zijn, zoveel. zovaak, zogoed? Heel wat “geheimen” zijn hier voorbij gekomen en gedeeld. Heel wat tranen gevallen op het tafelblad. Tranen van vreugde en tranen van verdriet.

Och, eerlijk gezegd ben ik blij dat mijn tafel niet kan praten!

 

Mr. Holmes

Op een druilerige donderdagavond besloten BFF en ik naar een film te gaan. Het was zo druilerig dat we maar met de auto gingen. Betaald parkeren, want koopavond. Met een maximumparkeertijd van twee uur, tot 21uur, en een aankomsttijd van vijf voor zeven, was het allemaal wat ingewikkeld. Die laatste vijf minuten…..

We gingen naar de filmzaal en keken deze film:

Ik zat er van de eerste tot laatste minuut geboeid naar te kijken. Supermooie beelden uit Engeland. De film speelt (grotendeels) vlak na de 2e wereldoorlog. Een oude Holmes kijkt terug op een deel van zijn leven. Onthutsende, maar ook kwetsbare beelden van een man die zich steeds minder kan herinneren en zich dat goed realiseert. Een man die in eerste instantie krampachtige pogingen doet zijn geheugen in stand te houden, door allerlei middeltjes te slikken. Uiteindelijk stopt hij ermee, ze helpen toch niet.

Holmes heeft nog een paar draden af te hechten, problemen op te lossen. Hij is bij vlagen een wrokkige oude man, die uit zijn tent gelokt wordt door de zoon van zijn huishoudster. Holmes heeft als grote hobby het houden van bijen. Dat is een kunst, die kunst draagt hij over op de jongen, Roger.

miloparker Bij Roger moest ik steeds aan kleinzoon nr 2 denken. Ik zag een gelijkenis. Zowel in uiterlijk, als ook in het vragen stellen. Dat maakte deze film nog meer bijzonder voor mij. (op deze foto staat Milo Parker, die de rol van Roger speelt)
Dit is een deel van het verhaal. Het loopt goed af. In die zin een feel-goodmovie.

 

De film was afgelopen en we liepen snel naar de auto.  Het zou toch niet zo zijn dat… zo kinderachtig zijn ze hier toch niet, voor die paar minuten? Er lag inderdaad een bekeuring voor ons klaar. We hadden de parkeerbon niet goed zichtbaar neergelegd. Ook dat grapje kost 61,- euro….

AWBZ/WMO/CAK/PGB/SVB/WTCG/CIZ

Ik kan me voorstellen dat mijn titel abracadabra is. Onderaan dit artikel zal ik de termen uitleggen. Deze deze kreten zijn geheimtaal  voor de meeste mensen, totdat….

stel je eens voor

je krijgt een hersenbloeding, of een herseninfarct,

of je rijdt motor en een auto ziet je over het hoofd,

of je valt door gladheid op je achterhoofd,

of je fietst op een rotonde en je krijgt geen voorrang,

of een bloedvat in je hersenen blijkt niet goed aangelegd te zijn en gaat bloeden,

of degene met wie je meerijdt, zit tijdens het rijden te appen..

Er is een voor en er is een na. En soms duurt het jaren voordat je doorhebt dat jij best normaal bent, en geen burn-out hebt, en je niet aanstelt, maar dat alle problemen waar je tegen aan loopt een oorzaak hebben en die oorzaak heeft een naam, namelijk Niet Aangeboren Hersenletsel.

In al deze situaties, staat je leven op de kop. Heel vaak is het niet meer mogelijk om te werken en je eigen inkomen te verdienen, of werken kan alleen maar op beperkte schaal.

Er bestaan organisaties die je dan in je leven kunnen begeleiden om zo goed mogelijk met de gevolgen van NAH om te gaan. Bij de beste werk ik. Tot vorig jaar ging alles goed, een indicatie krijgen voor begeleiding ging doorgaans redelijk makkelijk. De mensen bij wie je in huis kwam, betaalden wel een eigen bijdrage voor deze begeleiding. Die werd geïnd door het CAK, en bedroeg 19,- euro per uur. Daar ging dan 33% WTCG korting van af, dus je betaalde ongeveer 14 euro per uur. De bijdrage was, en is, inkomensafhankelijk. De uurprijzen waren voor iedereen gelijk.

Maar dit alles was niet goed in de ogen van wijze heren. Of in de ogen van wie ook. De zorg moest uit de AWBZ, en ging naar de WMO. Gemeentes staan dichter bij de burger dan de algemene overheid. Het CIZ zorgt nu niet meer voor de indicatie, dat doet de WMO consulent. De eigen bijdrage mag nu door de gemeente bepaald worden. Opnieuw inkomens afhankelijk.

Alleen zijn er nu heel veel gemeentes die een ander tarief als eigen bijdrage hanteren. Dat mag wettelijk. Dat wordt ook zo uitgelegd door de WMO consulenten. Stel je eens voor dat je dan 45 euro, of 70, of zelfs 100 euro per uur begeleiding moet betalen. En stel je voor dat de eigen bijdrage 300 euro per vier weken is. Voorheen haalde je dat maximum bedrag bijna niet. Nu zit je er zo aan. Het bijzondere is dat iedere gemeente weer iets anders verzint. De verschillen zijn enorm groot. Niet eerlijk dus. Overigens ook iets waar vorig jaar al voor gewaarschuwd is.

Ik ben hier al eens over in gesprek gegaan met een WMO-consulent. Sommigen weten echt niet hoe het in elkaar zit. De reactie is: ik geef dit bedrag (72 euro) door aan het CAK, en wat zij er mee doen, dat weet ik ook niet. Of: ja maar, het is toch inkomensafhankelijk? Ja, dat klopt, maar er is vaak al zoveel veranderd. Niet meer kunnen werken, bijvoorbeeld. Of zoveel beperkingen op allerlei gebied. Het is niet meer reëel allemaal.

Vanavond was op Nieuwsuur een item aan dit onderwerp gewijd. De staatssecretaris wilde niet reageren. Eerst de kamervragen beantwoorden. Kamervragen?! Het is toch echt te hopen dat dit oneerlijke systeem veranderd wordt.

 

AWBZ: Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten WMO: Wet Maatschappelijke Ondersteuning.

CAK: Centraal Administratie Kantoor. Het kantoor dat de eigen bijdrage int. Stuurt iedere vier weken een uitgebreide factuur. Presteert het om zes maanden geen rekening te sturen, om in de zevende maand het gehele bedrag in een keer te factureren.

PGB: persoonsgebonden budget. Ingesteld zodat zorgvragers zelf zorg kunnen inkopen. Bleek redelijk fraudegevoelig te zijn, vandaar nu zeer moeilijk te krijgen.

SVB: instantie die het PGB uitbetaalt aan zorgverleners. Of niet uitbetaald. Of zelfs, zoals ik ervaarde, dubbel uitbetaalt. (ik ontving geld voor mijn diensten, maar ook het geld dat bestemd was voor de zorgboerderij. Nu, twee maanden en drie telefoontjes later, lijkt er een begin van een oplossing in zicht)

WTCG: Wet Toeslagen Chronisch Zieken en Gehandicapten. Vanuit deze wet werden toeslagen toegekend, of kortingen, zoals in mijn tekst genoemd. Die toeslagen gingen vrij ver: omdat ik oogdruppels gebruik, en kennelijk chronisch ziek ben, kreeg ik ieder jaar ongeveer 50,- euro op mijn bank gestort. Leuk hoor, maar zinvol en noodzakelijk?

CIZ: Centraal Orgaan Indicaties Zorg. Tot vorig jaar bepaalden de medewerkers van dit orgaan of iemand in aanmerking kwam voor begeleiding, of voor zorg. Nu mogen gemeente mensen dit doen. Geen idee wat de taken nu dan zijn voor het CIZ.

 

Het gewone leven

Gisteren kwam deze armband met de post.

armband

Kadootje voor mijzelf, zo aan het einde van de vakantie. De tekst is uit een Taizélied, genoemd in een vorige post. Via deze site kun je deze armbanden laten maken. Aanrader, snelle service, goede prijzen.

Maar daar wilde ik niet over schrijven. We zijn inmiddels een week thuis, na onze vakantie. We waren twee weken in Haarlem. In een ‘gewoon’ huis, in een gewone straat. Het was voor het eerst sinds een aantal jaren dat we twee weken weg gingen. Voorgaande jaren waren we op New Wine. Daar hadden we dit jaar niet zoveel energie voor en zin in. Twee weken vakantie leek ons heerlijk. De eerste week was super. We hadden mooi weer en genoten van elkaar, de stad, het weer, het strand. We deden niet al teveel, want we hadden toch twee weken en och, dat museum kan volgende week ook nog, zo dachten we.

Tot op vrijdagavond 7 augustus het bericht kwam dat de zoon van de zus en zwager van allernaaste, overleden was. Gestorven, plotseling uit het leven weggerukt. Onvoorstelbaar. Wat voor woorden heb je hiervoor? “Woorden schieten tekort”, het is een cliché, maar zo waar.

De tweede week van de vakantie was daardoor zwaar gekleurd. Werd loodzwaar. We vroegen ons af wat nog belangrijk was, of waarom we nog naar een museum zouden gaan? We zompten de dagen een beetje door. Schaamden ons bijna als er toch nog iets leuks voorbij kwam waar we plezier aan beleefden.

Zo sudderden we door die tweede week. Gingen een keer op bezoek bij (schoon) zus en zwager. Gingen nog een keer, en nu met (schoon)moeder erbij. Reden zo op één dag 755 kilometer, in ons eigen landje. We wachtten op de dingen die kwamen.

De dag van de begrafenis was bijzonder. Zwaar, heftig, mooi, ontroerend, balen, goed. Na de begrafenis gingen allernaaste en ik nog een keer naar het strand. De laatste keer van deze vakantie. Het was er rustig en mooi. Verstild. strand haarlem

Iedere keer opnieuw ben ik onder de indruk van de schoonheid van de zee. De eerste keer dat we in deze vakantie aan zee waren, vlogen er veel helikopters over. Het bleek dat er iemand vermist werd. Niemand  gevonden. Zo mooi en lieflijk is de zee niet. In het bijbelboek Openbaring staat dat de zee er niet meer zal zijn, op de nieuwe aarde. De zee als beeld van het kwade en het wrede. Ik kan me geen wereld zonder zee voorstellen, maar ik laat me graag verrassen.

Nu dus alweer een week thuis en aan het werk. Ik moet er nog een beetje inkomen, in het werk. In gedachten ben ik nog in Haarlem, of bij familie. De draad weer oppakken zal voor hen nog heel iets anders zijn dan voor ons. Niets is meer hetzelfde en zal ook meer hetzelfde worden. Hoe daar mee om te gaan en mee te leven, is een grote en moeilijke opdracht.

Ter herinnering aan deze vakantie liet ik deze armband maken. Ik ben er blij mee. Een opdracht voor het leven en een herinnering aan wat God doet en wie Hij wil zijn.

“Bless the Lord, my soul, who  leads me into life”

Zo leidde God ook Nico zijn nieuwe leven in!

Lied voor deze dag

en voor alle andere dagen die nog komen….

Aan Gods hand door pijn en lijden

Ik ben een boekenfreak. Vaste (en goede, denk ik) klant bij de plaatselijke christelijke boekhandel. Kasten vol, en helaas, ik beken, ik heb ze lang niet allemaal gelezen. Soms vergeet ik zelfs dat ik een bepaald boek heb, terwijl nou net dat boek je verder kan helpen.

aangodshanddoorpijnenlijdenDit was zo’n boek. Vorig jaar al gekocht, in een tijd van ziekte van een van de kleinkinderen. Leek me wel toepasselijk, maar op dat moment te confronterend, ofzo. In de kast beland, totdat een (facebook)vriend/familielid me tijdens een chatsessie op dit boek wees. (nog bedankt!) Ach ja, natuurlijk, ik heb het. Toen begon ik toch maar te lezen…

Ik vond het een pittig boek om te lezen. Pittig in de zin van: veel pagina’s. (415). Pittige tekst, vooral het eerste deel. Het boek heeft drie delen. In het eerste deel worden verschillende visies op lijden beschreven, vanuit de “oudheid” tot nu toe. In het tweede deel gaat over wat de bijbel zegt over lijden, en het derde deel is meer pastoraal van toon. Je kunt de verschillende onderdelen los van elkaar lezen. Het is zeker geen droog, theoretisch boek, er staan veel levensverhalen in.

Voor mij is die boek vertroostend, bemoedigend, inzichtgevend, confronterend geweest. Inmiddels zit het vol omgeslagen hoekjes aan pagina’s en onderstreepte zinnen. ( wel een beetje sneu voor de volgende lezer) Prachtige zinnen staan er in!

Wat er voor mij erg uitsprong was de vraag: houd je van God om wat Hij ons geeft, of om wie Hij is…

Zo’ndag

Gisteren gingen we hier naar de kerk. Wat was het mooi en goed om hier te zijn! Gewoon in een kerk zijn waar niemand jou kent en waar jij niemand kent. Geen labeltjes, geen etiketjes, geen oordelen. Gewoon zitten en meedoen…zingen, luisteren, bidden.

De preek ging over Jona, de laatste uit een serie, die vast wel ergens terug te luisteren is. De predikant kenden we nog uit zijn tijd in ons eigen stadje. Beetje ouder geworden, net als iedereen, voor het overige nog even inspirerend. In Jona 4 gaat het over Jona die boos wordt op God. Eerst vindt Jona het maar niets dat God de stad Nineve spaart en niet verwoest. Jona had allang bedacht dat God niet zou doen wat Hij eerst had gezegd. God kan dus blijkbaar van “gedachten” veranderen.. Dat gaf mij stof tot nadenken over mijn beeld van God.

God laat een boom groeien, waar Jona schaduw van ontvangt. Die boom stort ook weer heel snel in, na ingrijpen van God. (God stuurde een worm) Jona kan dit niet hebben en gaat verder met z’n gemopper. Alsof hij recht had op die schaduw. De vervolgvraag voor nu was: in hoeverre vinden wij dat we ergens recht op hebben en wat kunnen we missen? Dit werd gekoppeld aan de ellende van vluchtelingen. Zo makkelijk een ver van mijn bed verhaal. Wat kunnen/ willen we missen? Wat kunnen/ willen we doen?

IMG_1426

’s Avonds maakten we een Taizé viering mee, in de grote of St.Bavokerk. Supermooie kerk, enorm groot. De viering was bijzonder en mooi. Een aantal liederen kenden we, mooi om mee te kunnen zingen.

Een verstilde viering: alleen liederen en gebeden en stilte.

Deze tekst sprak me het meeste aan:

“Bless the Lord, my soul, and bless God’s holy name. Bless the Lord, my soul, who leeds me into life.”

 

Bijtanken en toch weer leeglopen

Gisteren was een stralende dag! Supermooi weer, ik zag en ontdekte allerlei leuke en mooie dingen in de stad waar we nu zijn! Even alles achter ons laten, al neem je je bagage altijd mee. Omdat we niet zo goed kunnen kiezen, nemen we altijd teveel mee. Teveel boeken, teveel kleren, teveel… gedachtes. De dingen die je bezighouden, de benoembare en niet- benoembare, die sleep je mee, al lijken ze hier wat ingeblikt te zijn. (blikopener weggooien is misschien een idee)

Gistermiddag liep ik in de stad. Te kijken en te shoppen. Ergens stond een man, minstens zo oud als wij, woest enthousiast op zijn gitaar te spelen. Bekende song. Ach, ik wilde dat ik de moed had mee te springen en te dansen!

Ik hoorde vaders tegen hun kinderen mopperen, en rare dingen zeggen: “Als je nu niet stopt, dan gaan we naar huis”. Wat een macht krijgt zo’n kind. En wat een herkenbare toestanden.

Ik ging naar huis, showde mijn aankopen, we aten wat, we dronken wat, en ik keek tv. De allergrootste levensvraag van dat moment was wie de slimste mens van de dag zou worden. (iedere avond zit ik aan dat programma gebakken, superleuk en onzinnig). Wie zou winnen?

De telefoon ging, mijn schoonmoeder belde. Ze had nieuws. Een groot verdriet kwam gisteren in het leven van zus van allernaaste en dus ook in ons leven.

Vandaag schijnt de zon, en alles is verdoft.

The farewell party

Deze film zagen we gisteravond in het plaatselijke filmhuis. De film speelt in een bejaardenhuis of iets dergelijks, in Jeruzalem. Zo op het oog vitale bejaarden wonen daar en worden bezig gehouden met bingo middagen en zwemlessen. Een van de bewoners lijdt ondragelijke pijnen, en wil graag sterven. In Jeruzalem is niet mogelijk wat in ons land wel kan. De echtgenote van de zieke man zegt: “Ze laten ze leven, alsof sterven een misdaad is”.

Een vriend, Yehezkel,  maakt een  machine waarmee iemand zichzelf kan doden. Op deze manier is niemand schuldig aan moord, en kan het leven toch beëindigd worden. Dat gebeurt…. En in een verzorgingshuis blijft niets onopgemerkt. Dus ook dit niet. Er zijn meer gegadigden, die niet meer willen lijden, maar naar het ‘niemandsland’ willen gaan, zoals het genoemd wordt. Niet alleen zo genoemd, er werd ook over gezongen in een mooi lied.

Er wordt een dringend beroep gedaan op Yehezkel en zijn “hulpen”. Nog enkele keren laat hij door deze machine mensen sterven. Tot hij ontdekt dat een van zijn hulpen geld achterover drukt, van de mensen die willen sterven. Einde van de machine, die wordt vernietigd.

Intussen glijdt zijn eigen vrouw, Levana,  steeds verder weg in het dementie proces. In eerste instantie is zij fel tegen het gebruik van de zelfdodingsmachine. Het gaat over moord. We zien hoe zij achteruit gaat en dit heel goed merkt en omschrijft. De leiding van het verzorgingshuis wil haar over laten plaatsen naar een verpleeghuis. Ze gaat daar met haar man een kijkje nemen. Onthutsend voor hen. Zij beseft dat zij ook bezig is zo te worden, maar haar man zit nog in (een langdurige) ontkenningsfase. Hoe eenzaam kun je dan samen zijn?

De film eindigt wat abrupt. Alsof het verhaal ‘uit’ was, er geen inspiratie meer was. Wat ik over deze film gelezen had, was dat het een tragikomedie was, met zwarte humor. Die humor was er zeker, maar was niet al te subtiel. Voor mij sprong vooral het dementie verhaal eruit. Zo heftig, zo herkenbaar. Met wat gemengde gevoelens verlieten we de zaal.

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén