Nu ik “mijn” krant weer fijn iedere dag in de brievenbus krijg, probeer ik ’s morgens de krant te lezen voor ik de deur uitga. Dit lukt me niet altijd, dan volgt later een in haalslag. Afgelopen week las ik een gesprek met een dominee die een boek had geschreven over pastoraat aan kinderen van gescheiden ouders. Waarschijnlijk zal in de meeste situaties de aandacht naar de ouders gaan. Soms is het zo moeilijk te bedenken wat je tegen de kinderen moet zeggen dat het makkelijker is niets te zeggen. Het advies is praktisch voor de kinderen klaar te staan en geen partij te trekken.

De schrijver zegt  voorzichtiger te zijn geworden met het benoemen van wie ‘dader’ en wie ‘slachtoffer’ is bij een scheiding. Hij noemt de situatie van een man die er vandoor ging met zijn secretaresse. Nu citeer ik de schrijver, via de krant: “Je vraagt je altijd af hoe zoiets kan, maar hij zei dat zijn echtgenote hem al tien jaar seksueel contact onthield”. Klinkt in mijn oren als: heel logisch dat je dan vreemd gaat. Per slot van rekening is het nogal wat als je vrouw je seksueel contact onthoudt. Als vrouw weet je toch waar je man recht op heeft?

In dezelfde krant, dezelfde dag, las ik een ingezonden stuk van een lezeres. Het was een reactie op een synode besluit van de christelijke gereformeerde kerk. Die synode heeft onlangs aangegeven dat relaties tussen homoseksuelen afgewezen moeten worden. Dit besluit wordt ten voorbeeld gesteld voor de komende synode van de Vrijgemaakte kerken. Dan volgt er: homo’s en lesbiennes hebben het moeilijk met hun geaardheid, maar God wil kracht geven in deze beproeving. Er volgen nog een paar aanwijzingen die bedoeld zijn om deze broeders en zusters de beproeving te helpen dragen.

Ik wil geen discussie aanzwengelen over de vraag of een homoseksuele relatie al dan niet kan, volgens Gods woord. Deze berichten in dezelfde krant vielen me op. De bijna vanzelfsprekendheid van heteroseksueel contact, de eveneens bijna onvanzelfsprekendheid van homoseksueel contact….