Donderdag was mijn ‘oppasdag’. De eerste dag dat Floor alleen thuis was, grote broer Mees gaat ook al naar school. Voorlopig alleen ’s morgens, zodat hij ’s middags nog een flinke dut kan doen en de dag op een beetje redelijke manier door kan komen. Mees gaat met plezier naar school en heeft zijn plekje in de groep gevonden. Zijn dut leverde enige strijd op: eerst wilde hij niet slapen, vervolgens kostte het veel moeite om weer wakker te worden.

Dit was de week voor moederdag, dan kan niemand ontgaan zijn. Op school werd er hard gewerkt aan mooie kado’s. Vrijdag mocht Mees het mee naar huis nemen. Ik vroeg hem wat hij gemaakt had en er volgde een uitgebreide beschrijving. Uit privacyoverwegingen kan ik daar nu niet verder op ingaan. Wel zei hij dat mama wel naar het kadootje mocht kijken, maar dat ze het niet mocht zien… Hij wist precies wat hij bedoelde en hoe hij het bedoelde, kon het niet verder uitleggen.

Ik vond het een fantastische omschrijving: wel kijken maar niet zien. Volgens mij iets wat we heel vaak doen! Hoe vaak kijken we ergens naar, of naar iemand, zonder werkelijk te zien? Misschien geldt dit ook wel voor horen en luisteren. Vaak horen we iets en luisteren niet echt.

Ik merk dat het zien en kijken bij mij nogal eens bij Bijbelteksten voorkomt. Sommige teksten heb ik al vaker gelezen en ik denk ze te kennen of begrijpen, en dan kan soms ineens iets binnenkomen en landen. Deze week zat deze tekst in mijn mailbox: uit www.tijdmetjezus.nl

Deze hoop zal niet worden beschaamd, omdat Gods liefde in ons hart is uitgegoten door de heilige Geest, die ons gegeven is. (Romeinen 5:5)

Ineens zag ik dat de liefde van God al in ons uitgegoten IS. Waardoor we een bron van liefde in ons hebben. Opnieuw realiseer ik me dat iets al IS, en niet nog hoeft te komen.

Ineens zag ik het!