Ik was erbij waar ik niet bij wilde zijn. Ik ging naar een plek die overbodig moet zijn. Hoe vreemd is het een kerkdienst zonder ophouden te (moeten) houden om te voorkomen dat een gezin het land uitgezet wordt? Een gezin dat hier zo geworteld is? Kunnen we nog gewoon logisch en nuchter nadenken?

 

Een paar weken geleden zag ik een tweet voorbij komen: vanuit Wierden gaan we naar het kerk en buurthuis Bethel in den Haag. Wie wil ermee? Dat was iets waar ik al een tijd over aan het denken was, dat ik daar wel “graag” naar toe wilde en niet goed wist hoe. Dit was de oplossing. Zo vertrokken we gisteren met een aantal auto’s uit Wierden richting den Haag. De meeste passagiers kenden elkaar vanuit de gemeente waarvan ze lid zijn. Er was een enkele vreemdeling, waarvan ik er een was. Al voelde ik me geen vreemdeling. Bijzonder wat er in de kleine omgeving van een auto gedeeld kan worden.

We kwamen in den Haag aan. We werden hartelijk ontvangen, dronken een kopje koffie en wachtten op de dingen die kwamen. De dienst werd verzorgd door de voorgangers van de kapel in Wierden.

bethelkapelboven

We zongen mooie liederen, luisterden naar gedichten, naar mooie verhalen, bijbelgedeeltes, overdenkingen hierover. De twee uren die “onze” dienst duurden waren snel voorbij. Weer twee uren ingevuld in een kerkdienst zonder ophouden. Hoe lang nog Heer?

In ons reisgezelschap waren drie predikanten, een organist en een zanger. De zanger zong onderstaand lied. De vertaling:

  laat me huilen om mijn wrede lot, ik wil vrijheid!   moge barmhartigheid mijn pijn verlichten

 

Om tien uur was de dienst afgelopen, om half elf begon de terugreis en uiteindelijk was ik om één uur thuis. Vandaag ben ik moe en down. De gebrokenheid van deze wereld werd extra zichtbaar. Dit is wat ik voel en beleef. Hoeveel te meer en hoeveel te erger is het voor het betreffende gezin, en in alle anderen die slachtoffer zijn van dit rare beleid?