Wat begon als een opmerking hoe de vakantie in te vullen, werd uiteindelijk een leuke dag dwalen in eigen stad en een museum (her) ontdekken. Onlangs zei ik tegen een achterneef dat het misschien een idee was zichzelf bij vrienden en bekenden uit te nodigen voor een dagje sight-seeing in hun stad. Dit als “oplossing” voor het probleem niet op vakantie kunnen gaan, door corona.

De vraag naar een rondje Enschede was enigszins voorspelbaar en leuk. We maakten een afspraak en een plan. Dat plan kon door de hitte niet doorgaan, dus trad plan B in werking. Een museumbezoek. De keuze viel op  ‘de museumfabriek’. En jawel, daar was ik nog nooit geweest, dus het leek me best leuk.

Het was dag nummer zoveel van de hittegolf en we hoopten dat het in het museum niet al te warm zou zijn. Het museum is gevestigd in een oude textielfabriek. Het is een samenvoeging van het natuurmuseum, textielmuseum en de collectie van Deinse instituut. (dat was een organisatie van heemkunde) 

In verband met corona moet je aangeven hoe laat je je bezoek wilt starten. We waren wat aan de late kant, maar dat was gelukkig geen probleem. De sfeer en ontvangst waren gemoedelijk. Na een kop koffie stortten we ons op de collectie. Het was niet erg druk, vooral ouders met kinderen. (er was ook een afdeling waar kinderen allerlei dingen konden knutselen)

We zagen van alles, en heel verschillend. In de ene zaal hingen twentse knipmutsen, in een andere hingen allerlei dingen die met vliegen te maken hebben, er was een replica van een twents los hoes, kasten vol met opgezette vogels, laden vol met opgeprikte vlinders, een miniatuur van een textielfabriek. Variatie te over dus. Wat wel jammer was, en wat we als een gemis ervaarden was dat er geen/ weinig namen of omschrijving bij de diverse objecten stond.

Prachtig, een kast met opgezette vogels. Jammer dat ik niet verder kom dan het herkennen van een ijsvogel en een kievit. Nou ja, waarschijnlijk zou ik een zwaluw ook nog herkend hebben, maar die zag ik niet.

We deden een rondje en nog een rondje, keken en weerstonden de neiging om overal aan te zitten. Altijd die vervelende bordjes met: verboden aan te raken. Die zo ontzettend uitnodigend zijn.  Na die rondjes waren we wel uitgekeken. We vonden het een leuk museum, al leek het wel een soort gedwongen huwelijk met niet helemaal bij elkaar passende partners. En zoals gezegd, we misten informatie. Al ontdekten we later dat er een audiotoer beschikbaar is, maar dat is dan weer minder gezellig.

Mijn achterneef is rolstoeler. Door hem ben ik me veel meer bewust geworden van de mogelijkheden en helaas ook vaak onmogelijkheden / obstakels voor rolstoelers. Ik was dan ook erg benieuwd hoe dit museum op dit gebied zou scoren..

De voordeur, die was al te zwaar om zelf open te doen, de volgende museumdeur ook. De rest van het museum was redelijk berijdbaar. Al waren er wel wat erg steile hellingen te nemen en moesten we even zoeken om de route en de liften te vinden. Wat jammer was: de info die er dan wel was, was te hoog om vanuit een rolstoel te lezen. Meer dingen vielen niet op. We hebben sommige dingen gemeld, wie weet kan er iets mee gedaan worden.

Na een lunch gingen we weer verder op pad. Er stond nog een rondritje door Enschede op het programma. We reden door de herbouwde ‘vuurwerkwijk’,  ik liet zien waar we jaren ‘gewerkt’ hebben en we reden nog langs het stadion. Grappig om dat stadion eens van een andere kant te bekijken. We rijden er bijna wekelijks langs, altijd volgens dezelfde route. Nu kwamen we van een andere kant, ik zag weer nieuwe dingen. Dat is het leuke van toerist in eigen stad zijn. In ons huis aangekomen aten we een hap, praatten nog wat en zo was deze fijne dag alweer voorbij!