Vanavond zagen we de film Hannah Arendt. Een van oorsprong duitse joodse filosofe. Ze leefde van 1906 tot 1975.  Ze was nazi Duitsland ontvlucht, naar Amerika. De film gaat vooral over het Eichmann proces in Israël. Ze schreef verslagen over dit proces voor the New Yorker. We zien hoe ze dit proces bijwoont. In de film zijn de originele beelden te zien, heel bijzonder om te zien hoe dit verliep. De emoties van de mensen die getuigen tegen Eichmann. De reacties van Eichmann, hij voerde “gewoon” de opdrachten uit die hij kreeg.

De artikelen die Hannah schreef naar aanleiding van dit proces, deden, zachtgezegd, veel stof opwaaien. Zij verwachtte een monster te zien, en zag een heel gewone man, die verkouden was, moe was, zijn verhaal probeerde te vertellen. In de film hoor en zie je heel wat van haar redeneringen. Eichmann is geen monster, vindt zij, hij is ontmenselijkt doordat hij niet nadenkt en alleen maar doet wat hem opgedragen werd. Deze houding levert haar veel hoon en kritiek op. Ze krijgt stapels post, vooral dreigbrieven, wordt ook werkelijk bedreigd door de Israëlische geheime dienst, die haar wil verbieden een boek te schrijven. Uiteindelijk schrijft ze wel een boek over dit proces: “Eichmann in Jeruzalem”. Zij beschrijft daarin de “banaliteit van het kwaad”.

Wij vonden het een heel boeiende film. Het speelt in de zestiger jaren, een tijd zonder mobiele telefoons, zonder computers, met twinsetjes (wie weet nog wat dit is?), en veel roken, heel veel roken. Aan het einde van de film had ik een smerige smaak in mijn mond van al die sigaretten… herinneringen kwamen boven drijven. Een mooie, boeiende film, mooi om die op de avond van de vierde mei, in alle vrijheid, te mogen zien!

Binnenkort naar de bibliotheek om een boek over haar op te zoeken, deze film smaakte naar meer Hannah Arendt!