We gingen naar een film die 162 minuten duurde. Minuten die verbazingwekkend snel voorbij waren. Ik dacht vandaag nog vaak terug aan het verhaal.

Een film over een vader en een dochter. Hoe zij met elkaar omgaan, en daarmee worstelen. De vader worstelt en verzint allerlei dingen om echt in contact te komen. Hij gaat ver daarin, heel ver. Zijn dochter is een zakenvrouw in Roemenië. Niet te beroerd om zoveel mogelijk winst te halen voor de olie industrie, en niet te beroerd om zoveel mogelijk mensen te ontslaan. Deze dingen komen terzijde in beeld. De armoede en uitbuiting. Je krijgt een inkijkje in de schijnwereld van big business. Drank, drugs, sex, dit alles is aanwezig, tot in het absurde.

Vader en dochter begrijpen elkaar niet (meer). De vader maakt zich zorgen om zijn dochter en vraagt zich af of ze wel echt leeft. Dochter vraagt op enig moment: ben jij wel een mens?  Vader onderneemt een spontane actie, die verkeerd valt. Dan speelt vader een rol, hij noemt zich Toni Erdmann en doet zich voor als coach. Op deze manier dringt hij zich in het leven van zijn dochter. Deze bekijkt dit alles argwanend, probeert zich afzijdig te houden. Ze is niet afwijzend, laat de dingen gebeuren. Tal van absurde dingen gebeuren.

Het eind is naar mijn idee een open einde. Hebben ze elkaar weer teruggevonden? Ze zijn elkaar wel genaderd…en spreken uiteindelijk over wat leven is. De vader bekent dat leven (wat je daar dan ook onder verstaat) soms ondergesneeuwd raakt door alle dingen die moeten. Voor je het weet is de tijd voorbij, zie je de mooie dingen niet meer, en ben je alleen maar bezig met bestaan.