In de afgelopen week hadden we (= Hiernaast-team) een “regiomeeting”. Iets nieuws binnen Urban Expression. Een maaltijd met (afgevaardigden van) teams uit verschillende steden. Tijdens het eten praten over het reilen en zeilen van de diverse teams. Waar ben je God dankbaar voor, waar zou je graag verandering in zien? Lig je nog op koers, voor zover je een duidelijk doel voor ogen hebt.
Het was goed, we aten heerlijk, met dank aan ons eigen team. We hadden goede gesprekken. Er is en was heel veel om dankbaar voor te zijn. We hoorden over groeiende gemeenschappen. Bemoediging en verwachting. Blijdschap en dankbaarheid.
Er waren en zijn ook zorgen. De meeste teams hebben een thuishaven. Een veilige haven waar je op adem kunt komen en waar je bij kunt tanken. Die thuishaven heeft het Hiernaast-team niet. Gelukkig hebben we als teamleden een aantal mensen om ons heen staan die met ons mee leven, meebidden, mee geven. Daar zijn we al jaren heel blij mee en dankbaar voor. Tegelijkertijd missen we een samenhangend geheel, waar je niet eerst heel veel uit hoeft te leggen, of je verdedigen of wat ook. Die haven… die is er niet. Dat betekent dat we nu in een boot zitten en op reis zijn. We weten wel (in grote lijnen) waar we naar toe willen. We varen, als we heel veel energie hebben. Soms dobberen we maar wat. Zijn we al heel erg blij dat onze boot nog niet gezonken is, en is dat ook het enige waar we op dat moment op kunnen letten: varen we nog? zijn we niet lek gestoten? Hebben we genoeg aan boord om verder te varen? En wie weet…. misschien zijn we intussen zover dat we moeten hozen, en zien we het zelf nog niet. En wat als een van onze bemanningsleden zo moe wordt dat er uitgestapt moet worden? Kan onze boot dan nog blijven varen? Kortom, veel vragen.
Er werd naar ons geluisterd. Er werd voor ons gebeden. Problemen opgelost? Uiteraard niet. Voor mij was deze avond zeer verhelderend. Ik zie nu beter hoe het is en dat het er is, of juist niet is. Hoe verder varen, welke route, dat weet ik (nu nog) niet. Bewustzijn van is een voorwaarde om verder te kunnen. “Dus” er zal een vervolg, op welke manier dan ook komen.
Vandaag mogen wij de brunch voorbereiden en verzorgen. Dat betekent dat ik gisteren veel boodschappen heb gedaan, dat we vanmorgen al veel broodjes hebben gebakken, eieren gekookt, tassen ingepakt hebben. Niet alleen het voedsel dat we eten is onze verantwoordelijkheid. De verdere invulling ook. Altijd leuk om te doen, en ook altijd een puzzeltje. Wat wil je vertellen?
En nu kunnen we terugzien op een mooie ochtend. We aten gezellig met elkaar. Zoals altijd was er eten in overvloed. Na het eten vouwden we bootjes. Bootjes? De een wist nog precies hoe het moest, een ander voelde weer trauma’s opborrelen. Hoe vervelend om het niet netjes te krijgen, terwijl je zo je best doet..
Hierna las ik een hoofdstuk uit de bijbel, Marcus vier vers 35 tot 41:
Jezus vaart met zijn leerlingen over het meer. Het gaat stormen, de boot loopt vol water. Jezus slaapt. Hij ligt achter in de boot op een kussen te slapen. De leerlingen maken Hem wakker en roepen bang: Meester, doe toch iets!
Jezus praat streng tegen de wind, de storm gaat liggen, het water wordt weer rustig. Jezus vraagt aan zijn leerlingen waarom ze zo bang zijn.
De leerlingen verbazen zich. Hoe kan het dat de wind en het water doen wat hij zegt? Ze vragen zich af: wie is toch deze man?
Jezus houdt de touwtjes in handen, ook al lijkt het of hij er niet bij betrokken is. De leerlingen roepen Hem en vragen Hem om hulp. Die hulp wil Hij geven, maar je mag er eerst zelf om vragen. De leerlingen vragen zich af wie Hij is.. dit terwijl ze toch al wel het een en ander van Hem gehoord en gezien hebben.
De leerlingen zijn veilig bij Hem. Dat merken ze uiteindelijk wel. Zo mogen wij ook veilig bij Hem zijn en onze angsten bij Hem neerleggen. Dan zijn die angsten misschien niet weg, Jezus kent ze wel. Ook Hij heeft angsten gekend, zo is in de bijbel te lezen.
Als einde van de ochtend, schreven we een angst in het bootje, om op die manier “afscheid” van die angst te nemen.